Vlaams Belang eist strengere aanpak en focus op werk, niet op excuses
Gemeenteraadslid Anke Van dermeersch: “Stop belastinggeldverspilling aan nutteloze trajecten. Activering moet leiden tot daadwerkelijke integratie op de arbeidsmarkt en niet uitmonden in kostelijke projecten zonder impact.”
Ondanks miljoeneninvesteringen (oa. 1.037.609,74 euro betaald aan partners in 2024) in activering blijft de stad Antwerpen falen in haar aanpak van leefloongerechtigden. Uit cijfers blijkt dat in 2024 amper 6% van de artikel 60-werknemers meteen doorstroomde naar regulier werk. Slechts een derde van de leefloners komt momenteel in aanmerking voor een activeringstraject. In 2024 waren er maar 2.551 leefloners in begeleiding bij de dienst Activeringen. De rest blijft hangen in langdurige begeleidingstrajecten of keert gewoon terug naar een uitkering. Vlaams Belang eist een strengere en resultaatsgerichte aanpak: wie kan werken, moet werken.
De samenwerking met VDAB en sociale partners levert nauwelijks duurzame jobs op. De hardwerkende Antwerpenaar draait op voor meer dan een miljoen euro aan subsidies voor projecten die zich enkel lijken te richten op het wegnemen van drempels in plaats van dat ze mensen aan het werk zet. De focus ligt te veel op excuses – taalproblemen, competentieversterking, welzijn, … – en te weinig op het effectief verplichten van leefloongerechtigden om werk te zoeken en aan te nemen.
Vlaams Belang Antwerpen pleit voor een harde aanpak: leefloon mag geen hangmat zijn, maar moet een vangnet vormen dat mensen zo snel mogelijk naar werk leidt. De stad moet stoppen met het subsidiëren van werkloosheid en in plaats daarvan strengere voorwaarden en verplichte trajecten opleggen. Wie een leefloon krijgt en weigert te werken, moet daar de gevolgen van dragen.
Vlaams Belang verzet zich tegen het gebruik van de term ‘klant’
Tot slot klaagt het Vlaams Belang het problematisch gebruik van de term ‘klant’ aan in de relatie tussen de Antwerpse dienstverlenende instanties zoals het OCMW en de hulpbehoevende Antwerpenaren. De term klant impliceert immers een zakelijke transactie. Hulpverlening gaat echter over ondersteuning op basis van rechten en noden, niet over een economische uitwisseling. “In een klantrelatie heeft de klant vaak keuzevrijheid en controle over de dienst die hij koopt. In de hulpverlening zijn rechten en plichten anders geregeld, wat kan leiden tot onrealistische verwachtingen bij de hulpzoekende. Bij hulpverlening is er echter sprake van afhankelijkheid en regels waaraan de hulpzoekende moet voldoen. Dit laatste moet ontegensprekelijk duidelijk zijn voor de hulpbehoevenden”, aldus gemeenteraadslid en fiscaliste Anke Van dermeersch. Bovendien bevinden mensen die bij het OCMW aankloppen zich vaak in een precaire situatie. De term klant doet geen recht aan hun kwetsbaarheid en de noodzaak van sociale ondersteuning.
Het Vlaams Belang dringt er dan ook bij het stadsbestuur op aan om te stoppen met hulpbehoevende Antwerpenaren in hun officiële documenten aan te duiden als ‘klanten’ en een juistere benaming zoals hulpvrager, rechthebbende, burger in nood of ondersteuningsvrager, te hanteren. Deze termen sluiten immers beter aan bij de realiteit van sociale hulpverlening.
BIJLAGE: beantwoorde schriftelijke vraag van Anke Van dermeersch aan bevoegd schepen Nabilla Ait Daoud